Toen deze bestuursperiode begon, klonk het ambitieus: “Bouwen, bouwen, bouwen”. Een leus die velen van ons hoop gaf. Starters zagen eindelijk perspectief, gezinnen droomden van doorstroming, en ouderen hoopten op passende woonvormen. Maar anno 2025 moeten we eerlijk zijn: de werkelijkheid in Roosendaal blijft achter bij die belofte.
De cijfers liegen er niet om. De bouwproductie daalt, plannen stagneren, procedures duren eindeloos en het college lijkt vooral te reageren in plaats van te regisseren. Belangrijke locaties liggen braak of worden opnieuw “verkend”, terwijl inwoners al jaren wachten op duidelijkheid. Wat mist, is daadkracht. Wat nodig is, is regie.
En wat misschien nog wel het meest steekt: de nieuwe wethouder heeft de eerder uitgesproken beloftes inmiddels naar beneden bijgesteld. Daarmee wordt eigenlijk toegegeven wat velen al vreesden: we zijn de afgelopen drie jaar lekker gemaakt met plannen die nooit realistisch waren.
In de Woningbouwprogrammering 2025 stelt het college dat er een “nieuwe sprong” moet worden gemaakt en dat de jaarlijkse productie moet worden verhoogd. Maar in werkelijkheid zien we dat de beoogde 432 woningen per jaar niet wordt gehaald — in 2024 kwamen we uit op 253. En terwijl het college een ambitie van 2770 woningen tot 2030 uitspreekt, blijven veel plannen nog boterzacht of zitten ze vast in langdurige voorbereiding.
Hoe kijken wij naar het huidige beleid?
- Gebrek aan regie op woningbouwprojecten: Grote plannen worden aangekondigd, maar blijven hangen in procedures of visies zonder harde realisatie.
- Te weinig focus op betaalbare woningen: Starters en middeninkomens blijven onder druk staan, terwijl de nadruk nog te vaak op dure koopappartementen ligt.
- Verlies van grip op doorstroming: Zonder passende gezinswoningen of seniorenwoningen raakt de hele woonketen verstopt.
- Onvoldoende benutting van leegstand en restgronden: Terwijl winkelpanden en gemeentelijk vastgoed leegstaan, worden nieuwe locaties gezocht ver van voorzieningen.
- Twijfelachtige locaties: En daar waar wél gebouwd zou kunnen worden, zoals bijvoorbeeld direct naast het ATIK-stadion, vragen wij ons serieus af of dat wel een wenselijke plek is om te wonen. De gemeente heeft er direct alles aan gedaan om het stadion uit de wijk te halen, nu bouwen we een wijk om het stadion.
Wat moet er in ieder geval op korte termijn veranderen?
Roosendaal moet geen beleid voeren dat louter op papier ambitieus is, maar een praktijk die zichtbaar werkt. Dat betekent:
- Sneller keuzes durven maken over locatieontwikkeling.
- Meer inzet op versnellen van procedures, maar ook op kwaliteit.
- Actieve inzet van gemeentelijke grondposities — waarvan er vele klaarstaan voor transformatie.
- Slimmer gebruik maken van bestaande leegstand.
- En bovenal: de belofte aan onze inwoners waarmaken door het eerlijke verhaal te vertellen.
Wat hebben we wél gedaan?
Als Roosendaalse Lijst hebben we ondanks dat we in de oppositie zitten niet aan de zijlijn gestaan. Integendeel: we hebben actief bijgedragen aan concrete oplossingen:
- We pakten leegstand en verloedering aan, onder andere met de invoering van een Leegstandsverordening om panden in het centrum weer leefbaar te maken. Dit beleid is momenteel vol in uitvoering.
- We verhoogden samen met VLP de starterslening, zodat meer jonge Roosendalers een kans krijgen op een eigen woning in hun eigen stad.
We zullen ons dus in blijven zetten om er voor te zorgen dat wij als gemeente alles op alles zetten om de woningbouw voort te trekken
Gert Jan van Oosterbosch
Raadslid Roosendaalse Lijst